TTMIK niveau 1 les 20

From Korean Wiki Project
Revision as of 18:42, 31 January 2013 by Marc Wentink (Talk | contribs)

Jump to: navigation, search

In les 15 hebben we de Sino-Koreanische getallen gezien:

일 = 1
이 = 2
삼 = 3
사 = 4
오 = 5
육 = 6
칠 = 7
팔 = 8
구 = 9
십 = 10
백 = 100
천 = 1000
만 = 10000

Nu zullen we de Koreaanse getallen bekijken. Er zijn gevallen waar je strikt de Sino-Koreaanse getallen gebruikt, en er zijn situaties waarin je persé de oorspronkelijke Koreaanse getallen moet gebruiken. Het komt echter ook voor dat je ze allebei door elkaar moet of mag gebruiken.



Voorbeelden:
1. Zeg je hoe laat het is, dan gebruikt je voor de uren de Koreaanse getallen, maar voor de minuten de Sino-Koreaanse getallen.
2. Zeg je in het dagelijks leven je leeftijd, dan doe je dat in Koreaanse getallen. Moet je echter aan een officiële instantie je leeftijd vertellen, gebruik je Sino-Koreaanse getallen.
3. Tel je jaren, dan mag je zelf kiezen. Gebruik je de Koreaanse getallen, dan kunnen die echter van vorm veranderen. De getallen 1 tot en met 4, en het getal 20 veranderen namelijk als ze voor een zelfstandig naamwoord staan.

Hoe bepaal je nu welk systeem je gebruikt? Er is daar niet direct een algemene regel voor te verzinnen. De situaties waarin je het ene dan wel het andere systeem gebruikt, zul je in de praktijk moeten leren. Meestal gebruik je voor grotere getallen het Sino-Koreaanse systeem.

Laten we dus de Koreaanse getallen leren, en kijken hoe je je leeftijd vertelt.

Koreaanse getallen

1 하나
2 둘
3 셋
4 넷
5 다섯
6 여섯
7 일곱
8 여덟
9 아홉
10 열

De nummers 11 tot en met 19 zijn eenvoudig. Je zet simpelweg 1 tot 9 achter het getal 10.


열 (10) + 하나 (1) = 열하나 (11)
열 (10) + 아홉 (9) = 열아홉 (19)

20 is 스물

De bovengenoemde regel voor 11 tot 19 geldt ook voor 21-29, 31-39, 41-49 enzovoort.


스물 (20) + 하나 (1) = 스물하나 (21)
스물 (20) + 아홉 (9) = 스물아홉 (29)

30 서른
40 마흔
50 쉰 (위 = wi)
60 예순
70 일흔
80 여든
90 아흔


Laten we nu kijken hoe je in een informeel gesprek, je leeftijd vertelt.


Je neemt het oorspronkelijk-Koreaanse getal en je plakt daar 살 achteraan.
Sommige getallen veranderen echter als ze voor een zelfstandig naamwoord staan:

1 하나 --> 한 살
2 둘 --> 두 살
3 셋 --> 세 살
4 넷 --> 네 살
...
20 스물 --> 스무 살
21 스물하나 --> 스물한 살
...

Dit zijn de leeftijden van 1 tot 100: de koreaanse getallen gevolgd door het woord voor leeftijd, 살.

한 살 (1), 두 살, 세 살, 네 살, 다섯 살, 여섯 살, 일곱 살, 여덟 살, 아홉 살, 열 살 (10), 열한 살 (11), 열두 살, 열세 살, 열네 살, 열다섯 살, 열여섯 살, 열일곱 살, 열여덟살, 열아홉 살, 스무 살 (20), 스물한 살 (21), 스물두 살, 스물세 살, 스물네 살, 스물다섯 살, 스물여섯 살, 스물일곱 살, 스물여덟 살, 스물아홉 살, 서른 살 (30), 서른한 살 (31), 서른두 살, 서른세 살, 서른네 살, 서른다섯 살, 서른여섯 살, 서른일곱 살, 서른여덟 살, 서른아홉 살, 마흔 살 (40), 마흔한 살 (41), 마흔두 살, 마흔세 살, 마흔네 살, 마흔다섯 살, 마흔여섯 살, 마흔일곱 살, 마흔여덟 살, 마흔아홉 살, 쉰 살 (50), 쉰한 살(51), 쉰두 살, 쉰세 살, 쉰네 살, 쉰다섯 살, 쉰여섯 살, 쉰일곱 살, 쉽여덟 살, 쉰아홉 살, 예순 살 (60), 예순한 살 (61), 예순두 살, 예순세 살, 예순네 살, 예순다섯 살, 예순여섯 살, 예순일곱 살, 예순여덟 살, 예순아홉 살, 일흔 살 (70), 일흔한 살 (71), 일흔두 살, 일흔세 살, 일흔네 살, 일흔다섯 살, 일흔여섯 살, 일흔일곱 살, 일흔여덟 살, 일흔아홉 살, 여든 살 (80), 여든한 살 (81), 여든두 살, 여든세 살, 여든네 살, 여든다섯 살, 여든여섯 살, 여든일곱 살, 여든여덟 살, 여든아홉 살, 아흔 살 (90), 아흔한 살 (91), 아흔두 살, 아흔세 살, 아흔네 살, 아흔다섯 살, 아흔여섯 살, 아흔일곱 살, 아흔여덟 살, 아흔아홉 살, 백 살 (100)

Heb je je leeftijd gevonden?

Je moet nu je leeftijd zeggen en daar 이에요 aan toevoegen.

한 살 이에요. Ik ben één jaar oud.
열 살 이에요. Ik ben tien jaar oud.
스무 살 이에요. Ik ben twintig jaar oud.
서른 살 이에요. Ik ben dertig jaar oud.